In een context van milieu-, klimaat- en gezondheidscrisissen zal het project Witte Vrouwen te Sint-Pieters-Woluwe voor voorbeeldigheid zorgen op alle punten betreffende duurzame inrichting van de locatie – meer bepaald wat betreft water- en energiebeheer, materiaalkeuze, circulariteit, geluidsisolatie van de gebouwen, enz. Het is de bedoeling er een modelecowijk van de 21e eeuw van te maken.
Deze ontwikkeling zal bijdragen tot het verhelpen van het tekort aan woningen voor bescheiden inkomens in het Brussels Gewest. Het project zal ook zorgen voor de dimensies van gemeenschapsleven dat openstaat voor de omliggende wijken in een geest van ontsluiting van het gewestelijke huisvestingsbeleid.
Het project wordt ontwikkeld op het terrein van 9,3 ha. De ontwikkeling is verdeeld in twee zones: een Zone 1 "Wonen" (4,42 ha) en een Zone 2 "Gemeenschapsleven" (4,87 ha).
Zone 1, bestemd voor wonen
Een eerste zone van 4,42 hectare zal worden bestemd voor huisvesting: hier zullen 200 woningen worden gebouwd, waarvan 120 sociale woningen die worden beheerd door de OVM Aan de Rand van het Zoniënwoud en 80 koopwoningen voor middeninkomens. Deze nieuwe wijk zal ook uitgerust worden met een buurtvoorziening van collectief belang - namelijk een crèche en een buurthuis.
Het project is een eigentijdse herinterpretatie van het tuinwijkconcept, met eengezinswoningen, maar ook met appartementsgebouwen (maximum benedenverdieping+3+D aan de ingang van de site), met een groene omgeving en groendaken. Deze specifieke typologie sluit aan bij de uitbreiding van de aangrenzende tuinwijk "Oude Wijk van Mooi-Bos".
Het bestaande Bijzonder Bestemmingsplan (BBP) zal niet worden gewijzigd. De woningen zullen worden ontwikkeld binnen het bestaande reglementaire stedenbouwkundige kader en op basis van een specifiek globaal stedenbouwkundig plan. De nieuwe ecowijk zal voldoen aan de strengste milieu- en energienormen, in overeenstemming met de doelstellingen van het charter Be.sustainable en het GRO-referentiesysteem. De wijk zal in het bijzonder zorgen voor de ontwikkeling van de biodiversiteit, het hergebruik van circulaire materialen integreren, geen gebruik maken van fossiele energie, de lozing van regenwater in de riolering vermijden, de sociale mix tussen de wijken accentueren, enz...
De dichtheid van deze nieuwe wijk zal overeenstemmen met de dichtheid van de aangrenzende wijken (Mooi-Bos en Sint-Aleidis).
MS-A en het Bureau Bas Smets staan in voor het stedenbouwkundig en landschappelijk ontwerp van de nieuwe wijk.
Het architecturale ontwerp van de woningen en voorzieningen is het werk van de vereniging AKTAA+, geleid door de architectenbureaus Kempe Thill en architectesassoc+.
Zone 2, bestemd voor gemeenschapsleven
Drie zones van in totaal 4,31 hectare - d.w.z. bijna de helft van de site - zullen worden bestemd voor groene ruimten en collectieve voorzieningen. Deze zones zullen niet worden bebouwd.
Zone 2.1 voorziet in de ontwikkeling van een sector die gewijd is aan het “gemeenschapsleven”. Het doel is om er activiteiten te ontwikkelen die uitwisselingen en ontmoetingen bevorderen.
Zone 2.2 is een zone die niet bebouwd mag worden (non aedificandi-zone). De ontwikkeling ervan zal worden bepaald in aanvulling op zone 1 en zone 2.1
In zone 2.3 zullen de gezins- en moestuinen op de helling langs de site, behouden blijven. De gemeente zal zorgen voor overleg met de beheerders van deze tuinen en moestuinen.
Een wateroppervlak op het laagste punt van de site, langs de Witte Vrouwenlaan, zal zorgen voor de waterhuishouding in geval van hevige regenval.
Om de ontwikkeling van zone 2.1 te ondersteunen, werd een coördinatiestructuur opgericht die bestaat uit de gemeente Sint-Pieters-Woluwe, de BGHM, citydev.brussels en Leefmilieu Brussel.
Zone 2.1 zal een bestemming krijgen via een concessieovereenkomst voor een periode van 15 jaar.
Een ambitieus burgerparticipatieprogramma, uitgevoerd door het bureau Citytools, identificeerde de verwachtingen van de bestaande buurtbewoners met betrekking tot de activiteiten die in de zone moeten worden ontwikkeld. Op basis hiervan publiceerde het gewestelijk loket voor tijdelijke gebruiksbestemmingen (citydev.brussels en perspective.brussels) een oproep tot projectdragers om de coördinator aan te stellen die verantwoordelijk is voor de ingebruikname van de site.
De groepering gevormd door Le Début des Haricots, La Ferme d'Anjou en Bûûmplanters werd aangesteld om de site, gekend als “La Vallée des Dames Blanches”, te gebruiken en diverse activiteiten aan te bieden die verband houden met stadslandbouw, de ontwikkeling van biodiversiteit en dieren in de stad.
Na 15 jaar zal de werking van deze activiteiten worden geëvalueerd, waarna de gemeente een prioritaire aankoopoptie zal genieten op dit gedeelte van het terrein om de activiteiten eventueel voort te zetten. Indien deze optie niet wordt genomen, zal het Gewest vervolgens, via de Regie, ook over een aankoopoptie beschikken. Als geen van beide opties wordt genomen, kan de BGHM deze grond aan het Gewest verkopen om de sociale huisvestingssector te compenseren en zo deze middelen opnieuw in andere projecten te investeren. Er moet worden opgemerkt dat de gemeente al twee keer 500.000 euro heeft gereserveerd voor de overname.